De strijd om Afrika, die plaatsvond van ongeveer 1881 tot 1914, was een periode van snelle kolonisatie van het Afrikaanse continent door Europese machten. Deze gebeurtenis valt in de laatmoderne periode van de geschiedenis en vertegenwoordigt een cruciaal hoofdstuk in de moderne geschiedenis, aangezien deze het politieke, sociale en economische landschap van Afrika en de wereld aanzienlijk heeft beïnvloed.
Vóór de strijd om Afrika werd een groot deel van het continent onafhankelijk gecontroleerd door lokale leiders en samenlevingen. Halverwege de 19e eeuw kregen Europese landen om verschillende redenen belangstelling voor Afrika, waaronder het verlangen naar nieuwe markten, de zoektocht naar hulpbronnen en een gevoel van nationale trots en concurrentie tussen de Europese machten. Innovaties in technologie en geneeskunde, zoals de ontwikkeling van kinine als preventieve behandeling voor malaria, maakten diepere exploratie en kolonisatie mogelijk.
De belangrijke gebeurtenis die het begin van de strijd markeerde was de Conferentie van Berlijn van 1884-1885, waar Europese landen bijeenkwamen om de regels voor de verdeling van Afrika vast te leggen. De conferentie onder leiding van Otto von Bismarck, de bondskanselier van Duitsland, had tot doel conflicten tussen Europese landen over Afrikaanse gebieden te voorkomen. Er werd besloten dat een Europese macht alleen een deel van Afrika kon claimen als zij het gebied effectief controleerde. Dit ‘principe van effectieve bezetting’ versnelde de strijd toen naties zich haastten om hun aanwezigheid in Afrika te vestigen.
De kolonisatie had diepgaande en vaak verwoestende gevolgen voor de Afrikaanse samenlevingen. Traditionele bestuursstructuren werden vervangen of ondermijnd, lokale economieën werden ontwricht en Europese juridische en sociale systemen werden opgelegd. De kolonisatie leidde ook tot aanzienlijke culturele en demografische veranderingen, waaronder dwangarbeid en verplaatsing van Afrikaanse mensen.
Afrikaanse samenlevingen accepteerden de Europese kolonisatie niet passief. Er waren talloze voorbeelden van verzet en rebellie tegen de koloniale overheersing. Een van de bekendste voorbeelden is de Slag om Adwa in 1896, waar Ethiopische strijdkrachten, onder leiding van keizer Menelik II, met succes een Italiaanse invasie versloegen en daarmee de soevereiniteit van Ethiopië veiligstelden. Andere opmerkelijke weerstanden zijn onder meer de Maji Maji-opstand in Duits Oost-Afrika (het huidige Tanzania) en de Mau Mau-opstand in Brits Kenia.
Europese machten exploiteerden Afrikaanse hulpbronnen op dramatische wijze tijdens de Scramble for Africa. De rijkdom van het continent aan grondstoffen, zoals rubber, goud, diamanten en ivoor, werd gewonnen met weinig aandacht voor het welzijn van de lokale bevolking. In de Kongo-Vrijstaat bijvoorbeeld leidde de uitbuiting van koning Leopold II van België tot verschrikkelijke misstanden en de dood van miljoenen Congolezen. De economische structuren die in deze periode tot stand kwamen, waren voornamelijk gericht op de winning voor export, wat een blijvende impact op de Afrikaanse economieën had.
Aan het begin van de 20e eeuw was Afrika verdeeld onder de Europese machten, waarbij alleen Liberia en Ethiopië onafhankelijk bleven. Bij de grenzen die in deze periode werden getrokken, werd vaak weinig aandacht besteed aan reeds bestaande culturele of politieke verdeeldheid, wat leidde tot blijvende geopolitieke spanningen. De kunstmatige grenzen die in de Sahara- en Sahel-regio's waren getrokken, weerspiegelden bijvoorbeeld niet de nomadische levensstijl van de lokale bevolking, wat bijdroeg aan hedendaagse conflicten.
De erfenis van de Scramble for Africa blijft vandaag de dag duidelijk zichtbaar. De haast om Afrika na de Tweede Wereldoorlog te dekoloniseren leidde tot snelle, soms tumultueuze overgangen naar onafhankelijkheid. Veel van de willekeurige grenzen die tijdens de koloniale periode zijn getrokken, hebben nog steeds een impact op de politieke en sociale verhoudingen op het continent. Bovendien hebben de economische uitbuiting en systemen die tijdens de kolonisatie tot stand zijn gekomen, blijvende gevolgen gehad voor de Afrikaanse economieën en ontwikkelingstrajecten.
De Scramble for Africa vertegenwoordigt een cruciale periode in de geschiedenis van zowel het Afrikaanse continent als de rest van de wereld. Het heeft niet alleen het geopolitieke landschap van Afrika opnieuw vormgegeven, maar had ook verreikende gevolgen voor de mondiale politiek, economie en samenlevingen. Het begrijpen van deze periode is essentieel voor het begrijpen van de hedendaagse problemen waarmee het Afrikaanse continent en zijn relaties met de rest van de wereld worden geconfronteerd.